Zeer aannemelijk is, dat de Duitse Staande Korthaar net zoals alle andere hondenrassen afstamde van de wolf. Zeker is ook dat de hond in algemene zin al ca. 12.000 jaar leeft in de nabijheid van de mens. De mens maakt al sinds de oertijd gebruik van de natuurlijke eigenschappen van de hond. Twee van belangzijnde en door de mens gewaardeerde eigenschappen van de hond waren waakzaamheid en jachtinstinct. Deze twee eigenschappen zijn door natuurlijke en menselijke selectie en fokkeuze door middel van kruisen sterk verbeterd. Uit de pogingen van de mens om de hond zodanig om te vormen zodat zij samen op jacht konden gaan, is uiteindelijk ook de Duitse Staande Korthaar voortgekomen.
Rond 1870 ontstond in Duitsland de wens om jachthondentypes te gaan benoemen naar raskenmerken zoals eigenschappen en exterieur. In 1897 werd het eerste stamboek van het "Deutsch Kurzhaar Verband" uitgegeven waarin de eerste ras standaard werd beschreven. Deze luidde als volgt: de Duitse Staande Korthaar is een adellijke verschijning, die snelheid, kracht en uithoudingsvermogen uitstraalt, heeft uitstekende jachtkwaliteiten en beschikt over een grote veelzijdigheid. Het is een intelligente hond met een sterk karakter en uitstekend geschikt als gezelschapshond, mits men rekening houdt met zijn behoefte aan beweging. Op de jacht getuigt de Duitse Staande Korthaar van een groot jachtverstand en is hij een echte vriend en jachtkameraad. Als huishond heeft men een geweldige trouwe vriend aan de Duitse Staande Korthaar. Ook is deze hond een onvermoeibare makker voor forse wandelingen. Reuen worden ca. 64 cm en teven ca. 61 cm groot. Tot september 2001 was het de gewoonte om de staart van de Duitse Staande Korthaar te couperen. Inmiddels is dit in Nederland niet meer toegestaan.